1. Primaire gegevens

Auteur: Ferdinand Bordewijk

Boek: Bint

Genre: Psychologische roman, Novelle

Eerste uitgave: 1934

Pagina’s: 78

De titel ‘Bint’ slaat op de directeur van de tuchtschool. Hij heeft vijf jaar geleden een regime voor de school bedacht dat maatschappelijke reuzen kweekt. Zij gehoorzamen omdat hen dat is aangeleerd. Men zal spreken over leerlingen van de school van Bint, zo redeneert hij zelf. Het is een strenge man die zo zijn principes heeft, maar wel stellig gelooft in de werking van zijn leer.
De ondertitel, Roman van een zender, slaat op de directeur Bint en de leraar Nederlands De Bree. Bint heeft een systeem bedacht om leerlingen te laten gehoorzamen, De Bree leert van deze ideeën en neemt er veel van over. Zo wordt Bint de zender (de drager van het idee: stalen tucht) en De Bree de ontvanger.

 

2. samenvatting

De Bree is een leraar Nederlands, die vanaf november les gaat geven op de school van Bint. Hij werkt thuis aan een studie over Anna Maria van Schuurman, en gaat naar de school voor afleiding en om meer met de werkelijkheid in contact te komen.

De favoriete klas van Bint, 4D, had namelijk de vorige leraar Nederlands, Van Fleer, weggepest. Er heerst een streng regime of de school van Bint, orde en tucht zijn belangrijk.

De Bree krijgt vier klassen die hij ziet als wezens. Hij noemt ze “de grauwe”, “de bruine”, “de bloemenklas” en “de hel”.

Aan klas 4D, “de hel” verklaart De Bree direct de oorlog, om zo problemen te voorkomen. Met andere klassen heeft hij die niet. Zijn tactiek werkt inderdaad, want met de korte bevelen die hij geeft werkt de klas het beste. Tegen de kerstvakantie kwam de klas via woordvoerder Steijd vragen of hij vrede wilde, maar zijn antwoord was nee.

Als de rapportvergadering plaatsvindt hebben de leraren het over Van Beek. De jongen verdient een onvoldoende, omdat hij niet genoeg presteert, maar hij had gedreigd dat als hij een slecht cijfer zou halen, hij zichzelf van kant zou maken. De leraren zijn niet onder de indruk en geven hem het slechte cijfer, waardoor Van Beek radeloos in de gracht springt en in een gasthuis aan pneumonie overlijdt. Bint voorspelt de leraren na de vakantie moeilijkheden omtrent Van Beek.

Na de kerstvakantie breekt er inderdaad een opstand uit onder de leerlingen, aangezet door Jérôme Fléau en m.b.v. de conciërge. De opzet wordt neergeslagen door “de hel”. Dit had Bint namelijk met “de hel” afgesproken. De conciërge wordt ontslagen, Fléau van school verwijderd en “de hel” wordt beloond.

Tijdens het jaarlijkse reisje dat met Pasen gemaakt wordt, is “de hel” verdeeld over Remigius en Nox. Het toeval zorgt er echter voor dat Remigius vervroegd vader wordt en dat De Bree mee gaat met een helft van “de hel”. Ze gaan via Bergen op zoom naar België en dan door naar Noord-Frankrijk. Tijdens de reis wordt Te Wigchel ziek, hij hoest de longen a.h.w. uit zijn lijf, en twee leerlingen Heiligenleven en Punselie verdwijnen een dag spoorloos. Ze hebben de originele route gefietst, die gepland stond, maar waar vanwege de hoest van Te Wigchel van afgeweken was.

Er waren examens op school voor de 5e klassen. Tijdens de examenuitreiking wankelt Bint even (De Bree zag het opeens. Bint stond doodstil, hij schommelde even naar voren, naar achteren. Hij was een blad, overgevoelig voor de zwakke luchtstroom, die de mens ontgaat. Een stalen wil, maar geen stalen lijf. Pag. 66).

De Bree weigert in eerste instantie een herbenoeming, omdat het de bedoeling was geweest om slechts dit schooljaar vol te maken. Later denkt hij nog eens terug over het afgelopen jaar en bedenkt zich dan. Hij stuurt een briefje naar Bint waarin hij meldt nog een jaar op zijn school vol te maken. Bij het begin van het nieuwe jaar is Bint verdwenen en staat Donkers op zijn plaats als directeur. Bints’ vertrek had te maken met de dood van Van Beek. Of de spanningen hem te veel zijn geworden, of de druk van een of andere arbeidsinspectie wordt niet geheel duidelijk.

“De hel”, de voormalige 4D is nu 5C geworden. Door te zien wat voor een volwassen kerels (met uitzondering van Schattenkeinder, een lomp maar volwassen meisje) het waren geworden, doet De Bree zo goed dat hij met Bints’ systeem wil blijven werken.

De Bree probeert tot twee maal toe Bint te spreken te krijgen, maar slaagt hier niet in. Dan wordt hem duidelijk dat Bint wil dat de school door moet gaan zoals het voorgaande jaren ging met zijn ziel in de school, en De Bree gaat met nog meer wilskracht dan anders al vroeg op weg naar school.

 

  1. DE VERDIEPING

3.1 compositie en tijdsverloop

Het verhaal speelt zich af rond de tijd waarin het is geschreven, 1934. Dit is de tijd van de economische crisis, armoede is dan ook te merken (het enige meisje uit 4D, “de hel” heeft slechts flarden van boeken, volledig versleten, en de ontslagen conciërge en schoonmaakster bedelen aan de deur omdat ze geen steun krijgen).

1934 is ook de tijd van het opkomend nationalisme. Het was Bints’ doel om de leerlingen van zijn school er voor op te leiden niet bang te zijn in de maatschappij waarin korte bevelen gegeven worden. “De hel” zou dan ook perfect functioneren in de maatschappij.

De vertelde tijd is ongeveer een schooljaar. De Bree mist namelijk het eerste deel van het schooljaar, omdat hij toen nog aan zijn eigen studie werkte, en pas gevraagd wordt als zijn voorganger Van Fleer is weggepest. De rest van het schooljaar geeft hij les als leraar Nederlands, en na een heroverweging besluit hij toch het volgende jaar in te gaan, waarvan het begin in het boek nog wordt beschreven.

Er is over het algemeen een continu tijdsverloop al gaan schoolvakanties voorbij zonder dat er bij stil wordt gestaan.

 

3.2 ruimte

Het verhaal speelt zich af in een schoolgebouw, van een middelbare school, waarschijnlijk in een grote stad (omdat op weg naar school eerst door de armoewijken gelopen moet worden, door De Bree, “waar het stadsplan slecht was”). Het gebouw is koud, kil en verlaten. Er wordt slechts aan enkele klassen lesgegeven (4 afdelingen vierde, en 3 afdelingen vijfde klas), omdat de wethouder het niet eens is met het systeem waar mee les gegeven wordt. Als excuses vanwege het niet meer mogen toelaten van leerlingen zegt de wethouder dat het gebouw te oud is. “De hel” krijgt heel toepasselijk les in een van de kelders van de school. De lerarenkamer is rokerig, maar wel gezellig.

De klassen gaan met Pasen allemaal op kamp, en tijdens het kamp verblijven zij in goedkope hotels. “De hel” fietst door België en Noord-Frankrijk heen.

Het weer is erg belangrijk is het boek. Ondanks dat het boek korte zinnen kent wordt er een sfeer mee geschept die duidelijk aangeeft hoe De Bree zich er bij voelt. Bijvoorbeeld: “Novemberochtend. De wind danste lomp om de hoeken”. Er wordt een kille sfeer beschreven, De Bree begint aan zijn eerste schooldag.

 

3.3 de wijze van vertellen

Het verhaal is geschreven in hij-perspectief. De ene keer is Bint de hij, de andere keer De Bree.

Er is echter maar een verhaallijn, en dat wordt gezien door de ogen van Bint. Perspectiefwisseling vindt niet plaats.

 

3.4 thema

School- en studentenleven is het thema van dit verhaal. Meneer De Bree maakt zijn debuut als docent Nederlands op een middelbare school. Hij moet gelijk de meest beruchte klas, 4D, les geven. Onder zijn strenge regime blijken de leerlingen erg goed te presteren. Meneer De Bree krijgt zelfs ontzettend veel lol in les geven en vindt het heerlijk dat zijn hele leven in het teken staat van school. Daarnaast vindt hij het mooi om de kinderen dingen mee te geven waar ze later nog wat aan hebben.

 

3.5 personages

Bint: Bint is de directeur waar meneer De Bree komt werken. Hij heeft zelf een systeem bedacht, waarin de leerlingen onder streng regime les krijgen. Bint is een aardige man die wel van een grapje houdt. Daarnaast is hij erg zorgzaam voor zijn kinderen. Hij is bijvoorbeeld van plan om levenslang de schuld van zijn dochter af te betalen. Uiteindelijk stopt Bint als directeur zijnde bij de middelbare school, waarna hij geen contact meer met anderen wil hebben.

 

De Bree: Meneer De Bree gaat les geven op een middelbare school, omdat hij afleiding wil van zijn dagelijkse bestaan. Hij is een hele rustige man, die desondanks toch erg streng is als hij lesgeeft. Hij wil aan zijn leerlingen laten zien wie de baas is. Na school is De Bree bezig met een onderzoek naar Anna Maria van Schuurman, een vrouw die als eerste vrouw colleges aan een universiteit volgt.